Ze zaten aan de andere kant van het gangpad, in de trein.
Interviewvragen, schreef ze op. Hij las mee, en knikte instemmend. Ze overlegden. Op het papier verscheen:
1. Sinds wanneer bent u lid?
Ik las mee, en ik was wel benieuwd.
2. Wanneer heeft u Jezus Christus leren kennen?
Hij bekeek de vraag aandachtig, en zag dat het goed was.
3. In wat voor allerdaagse (sic) dingen ziet u Zijn hand?
4. ..iets met genade.
Fysiek nog geen halve meter bij me vandaan. Onoverbrugbaar.